donderdag, september 28, 2006

Paulo Coelho

Terwijl ik de poes buiten laat voor haar nachtelijke escapades denk ik aan wat ik een kwartier geleden gelezen heb in de opdracht van Paulo Coelho’s, Onze Minutos,

Sommige boeken laten ons dromen, andere schotelen ons de werkelijkheid voor, maar geen van alle kan het stellen zonder datgene wat voor een schrijver het allerbelangrijkste is: de eerlijkheid waarmee hij schrijft.

en daar kunnen er vele schrijvers een punt aan zuigen ...

dinsdag, september 26, 2006

Nieuw leesvoer

Welkom aan enkele nieuwe bloggers die je via mijn links kunt ontdekken.

maandag, september 25, 2006

Schelpjes rapen

Zondag: schelpjes rapen aan zee...

donderdag, september 21, 2006

Dag vrienden van de poëzie

Dag vrienden van de poëzie, dagelijks de laatste rubriek in het programma Man bijt Hond. Samen met mijn dochter kijk ik ‘s avonds eventjes naar televisie, de kleinste ligt dan al in bed en de oudste, die is niet zo aan man bijt hond. Laat ons zeggen dat dit dan eventjes een vader-dochter moment is om te koesteren. Dan zitten we samen knus bij elkaar en kijken naar Man bijt Hond. Niet echt beklijvende televisie maar het einde met de rubriek vrienden van de poëzie doet mij er elke dag opnieuw aan herinneren dat ik toch, o zo, van poëzie hou en dat deze opbouw, deze samenhang van schijnbaar losstaande woorden zo mooi een geheel kan vormen waarin zoveel moois verscholen kan zitten. De man in kwestie die deze rubriek elke dag weer levend houdt brengt poëzie in verschillende vormen. Zo bracht hij onlangs een gedicht dat zomaar van het internet geplukt werd. Auteur, een meisje dat waarschijnlijk ergens op haar blog een eigen gedicht had geplubliceerd. Mooi, ja echt mooi was het. Ik kan het mij niet meer voor de geest halen, jammer… Mocht iemand dat wel nog kunnen speel het dan gerust door.
Vandaag bracht hij een gedicht dat ingestuurd werd door iemand die meegedaan had aan een wedstrijd voor sms-gedichten, iets minder kwalitatief, maar ja, smaken verschillen nu éénmaal.

Soms wordt er ook gewoon voorgedragen uit een bundel. Een gewone, ordinaire, tastbare bundel. Ik heb er hier bij me thuis zoveel staan. Te veel om allemaal op te noemen maar in een stukje over poëzie mag een stukje poëzie echt wel niet ontbreken, daarom dit toevoegseltje:

De droom

Onder de boom
stond een bankje
en op het bankje
lag een droom.
Ik ging erop zitten,
op het bankje
onder de boom
en wiegde de droom.
Zachtjes in de wind,
een droom van een kind.

Maar op een dag
werd je groot
Toen wou je nooit meer
op mijn schoot.

Geert De Kockere


dinsdag, september 19, 2006

Radio Tarifa

Vanavond is zo’n avond waar je genietend van een cedeetje, achterover in de zetel hangt, en niets anders doet dan de muziek (en de tekst) laten op je afkomen. In mijn geval nu, de muziek van de Spaanse groep, Radio Tarifa, muziek uit de live cedee Fiebre (koorts). Een opzwepende mengeling van wat de culturen in het zuiden van Spanje gebracht hebben. Een beetje te vergelijken met de gebouwen in oude steden als Toledo : Arabisch, Joods, Christelijk. Het zijn deze inter-relationele aspecten die de muziek net zo smakelijk maken. Dit en een sterke Middeleeuwse achtergrond van het maken van muziek zonder akkoorden. Wie van culturen houdt, zal deze mix van culturen zeker smaken in deze prachtige muziek. Een klein fragmentje uit één van de teksten :

El cura no baila
Porque tiene una corona
Baile señor cura baile
Que Dios todo lo perdona

De priester danst niet
Omdat hij zijn witte boord draagt
Dans priester, dans !
God vergeeft alles

Uit El mandil de Carolina, traditioneel Castiliaans volkslied.

Honden

« Ooh », zegt de Nederlandse meneer, die de plaats net naast mij heeft op de camping, « durf je hier zomaar te gaan lopen in deze omgeving , ben je niet bang om ergens zo’n loslopende hond achter je aan te hebben. »
« Nee, hoor »,antwoord ik snel, « ik denk dat het hier wel veilig zit ».
En had hij gelijk, deze aardige Hollandse meneer, Nick genaamd.

Ik loop al een tijdje over een veldwegje. Omdat de ondergrond nogal slijkerig is en bovendien ook nog bezaaid ligt met allerhande keien, besluit ik om even mijn parcours aan te passen en het verharde asfaltwegetje in te lopen. Een aardig ‘valsplat’-wegje die voor een hellingtraining toch wel kan meetellen. Je ziet het niet maar je voelt het aan je opgaande hartslag. Gefascineerd door het mooie landschap om me heen, let ik dus niet op de ingang van een boederijtje waar een kanjer van een hond mij smalend (dat kon ik mij naderhand er gerust bij voorstellen) staat op te wachten. Ikzelf, nietsvermoedend, van zodra ik er voorbij kom, wordt omvergeblazen door een grommend en tandentonend, woeste hond ; waardoor ik automatisch mijn looppas versnel en bijna omzet in een sprint om zo snel mogelijk van het ondier verwijderd te geraken. Hoe meer ik versnel, hoe luider de hond te keer gaat en zijn lip naar boven krult. Ik besluit, om een hondenbeet te vermijden, om het snel over een ander boeg te gooien. Bruusk stop ik, draai me om, gooi mijn armen naar boven en slaak een oorverdovende oerkreet met daaropvolgend nog een kkksssssttttt en nog enkele ander van die ‘wegjaag’-geluiden. Het werkt ! Verbaasd kijkt de hond mij aan en loopt terug richting oprit van de boederij. Ik loop verder en doe of ik onaangeroerd mijn loopje verder zet. Niets of niemand zal mij ervan weerhouden om door het prachtige landschap mijn loopje te doen. Ik loop overmoedig verder maar voel hoe mijn loopje wordt verder gezet op stamelende benen met knikkende knieën.

Dwars door Sint-Kruis

Zaterdag stond Kries aan de start van zijn eerste vijfkilometerwedstrijd ooit. Dwars door Sint-Kruis. Het is 14.20 uur. Een opwarming voor de vijftien- en vijfkilometerlopers door Steve Boedt – schijnt alles te weten over fitness – is een leuke en aangename verstrooiing om het aftellen naar de start om 14.3O uur te vermijden.
Het startschot gaat en Kries is mee in de middenste groep. Enthousiast loop ik de Karel Van Manderstraat door op weg naar het centrum van Sint-Kruis. Hier en daar loop ik enkele groepjes lopers voorbij. Wat verder voor mij loopt een meisje waarvan ik denk dat zij ongeveer mijn tempo loopt. Ik besluit om bij haar aan te sluiten. Zonder een woord te wisselen lopen we een hele tijd naast elkaar, in hetzelfde tempo, benen links-rechts, we maken simultane bewegingen. Ik vermoed dat ik op trainingstempo loop maar na de helft van het totale traject gelopen te hebben blijkt dit niet zo te zijn. Het gekozen tempo is te snel. Ik laat het meisje verder uitlopen en besluit om iets trager te gaan lopen. Door het warme weer en het vele in- en uitademen krijg ik een kurkdroge mond en keel. Het wordt uitkijken naar de drankbevoorrading. Ik denk dat op kilometer drie de bevoorrading staat. Om niet de volledige inhoud van mijn bekertje al lopend over mij te krijgen stop ik eventjes met lopen, drink op mijn gemak en spoel zorgvuldig mijn totaal uitgedroogde mond. Nog twee kilometer, ik ben nu klaar om mijn eerste vijfkilometerwedstrijdje ooit, in een hoger verzetje uit te lopen. In de laatste kilometer moedig ik nog een voor mij lopende, krakend en piepend oudere dame aan om nog even wat door te zetten. ‘Komaan, nog eventjes en je bent er !’ ‘Eeurgghhh’, kreunt ze terug. Ik kom binnen in 28 minuten. Ik ben een tevreden man. Negen maanden geleden gestart met lopen (101 kg) en vandaag 5 kilometer gelopen (84 kg). Een koppeltje uit Ieper waar ik aan de aankomst mee aan de praat geraak lopen ook voor het eerst een wedstrijdje mee. Ze zijn ook nog maar net beginnen lopen. Zij hebben er 30 minuten over gedaan. We spreken af om te gaan trainen voor de 10 km. Deze week begin ik er mee. Maar eerst ga ik toch nog wel enkele vijfkilomerwedstrijdjes meedoen denk ik. Die tien kilometer die komt wel. Er is keuze genoeg in wedstrijden. Wekelijks kun je kiezen uit een zeer ruim aanbod. Ja, die loopmicrobe… eens er door gebeten…